Kleurrijke Liefde

Denk niet zwart-wit, maar in de kleur van je hart

Dit artikel verscheen eerder in VIVA

Sinds de Black lives matter-protesten wordt racisme veel meer aan de kaak gesteld. Wat betekent dat voor de kleurrijke liefde? Hoe is het om in deze tijd een interraciale relatie te hebben?

Tekst: Paulien Derwort

Wil jij dat je zus met een neger thuiskomt?

Hell no!

Deze uitgelekte berichten uit een appgroep van Forum voor Democratie raakten me. Mijn vriend Steven is van Surinaams-Hindoestaanse afkomst en aanvankelijk stond ik niet stil bij ons kleurverschil. Totdat hij me eens vroeg: ‘Wat vinden jouw ouders er eigenlijk van dat je een donkere vriend hebt?’ Die vraag vond ik absurd, mijn familie accepteert hem volledig. Toch bleek zijn vraag niet uit de lucht gegrepen. In een eerdere relatie was hij al eens de deur gewezen: ‘Een bruine komt er hier niet in.’

Vooroordelen

Sinds de Black Lives Matter-protesten staat racisme prominent op de agenda. Maar verandert er in de praktijk wel echt wat? Uit een kleine rondgang onder gemixte stellen blijkt dat zij nog altijd een hoop vooroordelen en onwetendheid moeten overwinnen. Ik spreek met Emmy (30). Toen ze een relatie kreeg met haar Surinaams-Nederlandse partner, waren haar opa en oma aanvankelijk blij voor haar: ‘Ik vertelde hen dat mijn vriend vuilnisman was. ‘Ach kind, als hij maar niet zwart is!’ zei mijn opa. Gelukkig zijn ze later bijgedraaid. Ze moesten even wennen.’ Emmy merkt dat de kleur van haar partner emoties oproept: ‘Mijn broer gebruikt als een soort grap constant het n-woord. Hij zei een keer: ‘krijgen jullie dan ook van die schattige n***rkindjes?’’ Mijn vriend probeert op dat soort momenten te de-escaleren, maar ik word woedend. De relatie met mijn broer is sindsdien ook bekoeld.’

Emmy merkt dat de wereld haar partner met andere ogen bekijkt: ‘In de tram pakken oude dametjes hun handtas steviger vast als ze hem zien. En in mijn stamkroeg moet ik samen met hem ineens vooraf betalen, terwijl dat vroeger altijd op de pof kon. Hij is op het station ook weleens staande gehouden door handhavers. Ze vonden dat hij er verdacht uitzag, terwijl hij gewoon op de trein stond te wachten. ‘We houden je in de gaten!’ zeiden ze.’ 

In de tram pakken oude dametjes hun tas steviger vast als ze mijn vriend zien

Emmy’s verhaal staat niet op zichzelf. Zelf ben ik nog nooit zomaar aangehouden door de politie. Ik ga vrij onverschrokken door het leven en ben geneigd om burgerlijk ongehoorzaam te zijn. Mijn vriend is veel voorzichtiger. Hij wordt regelmatig staande gehouden door de politie, want een donkere man in een mooie auto is kennelijk verdacht. In de week dat in Amerika de moordenaar op George Floyd werd veroordeeld, bracht Steven een nacht door in een cel. Hij had de avondklok geschonden, terwijl hij een geldige uitzonderingsverklaring op zak had. De politie geloofde hem niet. Hij kreeg een boete en moest mee naar het bureau. Pas de volgende ochtend, toen ze een instantie te pakken kregen die zijn verhaal kon bevestigen, mocht hij gaan. Ik stond te popelen om gelijk een klacht in te dienen, maar Steven wilde het voorval zo snel mogelijk laten rusten: ‘Ik maak dit soort dingen al heel m’n leven mee.’

Enorme vechtlust

Door mijn relatie ben ik mij bewust geworden van kleur en privilege. Ik zat op een gezellige VWO-school en overal was bijna iedereen wit en hoogopgeleid. Steven groeide op in een multiculturele omgeving en zat op een strenge jongensschool. Zijn docenten zeiden: ‘Jij kan niet leren en het zal nooit wat worden met jou.’ Het heeft een enorme vechtlust in hem wakker gemaakt om juist succesvol te worden. Maar het laat wel z’n sporen na. Die boodschap van ‘jij bent niet goed genoeg’ doet nog steeds pijn.

Ook Emmy heeft een andere achtergrond dan haar partner: ‘Ik ben echt een advocatendochter. Ik zat op chique scholen, we gingen op dure vakanties. Mijn vriend  groeide op in een gezin met weinig geld in de Bijlmer. Ik merk dat hij daardoor weinig zelfvertrouwen heeft. Hij is ontzettend talentvol, maar schuift zichzelf niet graag naar voren. Dat zorgt soms voor spanningen tussen ons. Hij vindt geld en stabiliteit niet belangrijk, maar liefde alleen is niet genoeg. We moeten ook samen de huur betalen en een toekomst opbouwen.’

Variatie aan kleur

Kleur is ook een belangrijk thema in het leven van Shayne McCreadie (40). Zij is half Afro-Amerikaans en half Schots. Shayne: ‘Ik voel me 100% Nederlands en eigenlijk vooral Amsterdams. Maar mensen bestempelen mij vaak als zwart.’ Al op jonge leeftijd kreeg ze mee dat ze anders was: ‘Mensen zeiden dat ik zo goed Nederlands sprak. Of ze riepen ‘vieze poepn***r’ naar me. Ook ben ik ooit geweigerd op een basisschool omdat ze daar geen zwarte kinderen aannamen. Ik ben zelfs een keer in elkaar geslagen door een groepje gabbers. Gelukkig was er politie in de buurt en kregen de daders een taakstraf. Wel ben ik nog een tijdje bang geweest als ik iemand met een bomberjack zag.’ 

Shayne heeft een relatie met een witte man, Olivier. ‘Zijn vriendenkring is een stuk witter dan de mijne, ik heb zelf veel biculturele vrienden.’ Shayne zet me aan het denken over mijn eigen, witte vriendenkring. Mijn vriend vindt dat soms lastig. Overal waar hij komt scant hij eerst de omgeving af om te zien of er mensen zijn die op hem lijken. Hoe diverser, hoe meer hij op z’n gemak is. Shayne herkent dat wel: ‘Ik was een keer bij een etentje en ik dacht: hé wat voel ik me hier toch relaxed. Tot ik me realiseerde dat er een variatie aan kleur en cultuur aan tafel zat. In zo’n omgeving hoef je niks uit te leggen. Ik ben zó klaar met die eeuwige vraag van: waar kom je vandaan, nee waar kom je echt vandaan?’

Shayne spreekt zich steeds vaker uit als ze voelt dat er iets niet klopt: ‘In een eerdere relatie maakte ik bij mijn schoonfamilie ooit de opmerking dat Zwarte Piet racisme is. Mijn toenmalige schoonvader speelde in die tijd voor zwarte piet op tv, en hij beschuldigde mij van ‘broodroof’. In die kamer zaten vijf mensen die woedend op mij werden. Ik voelde me zo alleen staan, ik zat helemaal te trillen. Sindsdien ben ik activistischer. Het is fijn dat Olivier me hierin steunt. Ik heb hem ook gevraagd om te lezen over white fragility, het fenomeen dat witte mensen snel in de verdediging schieten als het om racisme gaat. Hij begrijpt me nu beter. Hij vindt bijvoorbeeld dat Zwarte Piet echt niet meer kan. Hij heeft dit jaar ook op Bij1 gestemd. Soms vindt hij dat ik me er wel erg in vastbijt, maar als wit persoon heb je de keuze om even niet met racisme bezig te zijn. Ik heb de luxe helaas niet.’

Homeopatische verdunning

Gemengde relaties zijn altijd al controversieel geweest. Leen Sterckx is socioloog en is verbonden aan stichting LovingDayNL, waar ze onderzoek doet naar biculturele relaties. Volgens Sterckx heersen er veel misverstanden over gemengde koppels: ‘Aan de ene kant wordt er gedaan alsof culturele verschillen onoverbrugbaar zijn en dat deze relaties gedoemd zijn te mislukken. Thierry Baudet had het over ‘homeopatische verdunning’, alsof vermenging van kleur en cultuur iets angstaanjagends is. Terwijl het doodnormaal is en bovendien al eeuwenlang gebeurt. Aan de andere kant heerst er het romantisch ideaalbeeld dat gemengde relaties hét bewijs zijn voor integratie of tolerantie. Ook dat klopt niet. Als je als witte Nederlander een relatie hebt met iemand met een migratieachtergrond dan pleit dat je niet vrij van racisme.’ 

Als je een relatie krijgt met iemand van kleur, zit je eerste rang om te zien wat racisme betekent

Sterckx is zelf getrouwd met een Angolese man. Ze hebben twee kinderen: ‘Als je een relatie krijgt met iemand van kleur, en je krijgt ook nog eens kinderen samen, dan zit je plotseling eerste rang om te zien wat racisme betekent. Dat was voor mij een ongelooflijke wake-up call. Je wordt geconfronteerd met het feit dat je geliefden anders worden behandeld dan jij.’ Ook wijst Sterckx op allerlei stereotypen die gemengde koppels om hun oren krijgen. ‘Van vreemde mensen krijg ik de vraag of het klopt dat zwarte mannen groot geschapen zijn. Maar ook het beeld van de ongeremde seksuele, zwarte vrouw is een hardnekkig vooroordeel en een schadelijke vorm van exotisering.’ 

In mijn gesprek met Shayne wijst zij mij dan ook terecht als ik het woord ‘exotisch’ gebruik. Shayne: ‘Ik benoem het altijd als me iets dwars zit, en ik doe dat tegenwoordig ook op een rustige manier. Gelukkig reageren mensen dan meestal wel relaxed, zo van: oké, weer wat geleerd.’ Shayne heeft weleens van mannen gehoord ze het spannend vinden om het met een zwarte vrouw te doen:  ‘Vréselijk vind ik dat! Gelukkig is Olivier daar niet mee bezig. Hij houdt van me om wie ik ben.’

Verandering

Sterckx ziet een duidelijke ontwikkeling in hoe mensen naar kleur kijken: ‘Tot een paar jaar geleden was de issue in gemengde relaties altijd de islam. Nu is dat kleur.’ Ook in haar eigen leven ziet Sterckx verandering: ‘Mijn man krijgt al heel z’n leven de meest vreselijke grappen naar z’n hoofd zoals apengeluiden, of collega’s die hem een banaan aanreiken bij de lunch. En ieder jaar weer die flauwe opmerkingen over Zwarte Piet. Maar tegenwoordig vragen mensen hem ineens: ‘wat vind jij eigenlijk van Zwarte Piet, wat doen dat met jou?’

Ook Shayne ziet dat er een andere wind waait: ‘Ik zie mensen zich steeds vaker uitspreken tegen racisme. Ook onrecht, zoals bij de toeslagenaffaire, wordt eindelijk aangepakt. Het racismedebat gaat niet nu meer alleen over scheldpartijen naar zwarte mensen, maar over het doorbreken van structurele uitsluiting. Bedrijven houden zich bijvoorbeeld meer bezig met diversiteit en inclusiviteit. Er zit echt verandering in de lucht, alhoewel deze discussie denk ik vooral nog in de grote steden speelt.’

Obstakels overwinnen

Volgens Leen Sterckx hebben gemengde koppels extra obstakels te overwinnen: ‘Als je een relatie krijgt met iemand van een andere kleur, dan moet je dealen met vooroordelen binnen en buiten jezelf. Maar als dat lukt, dan kan het een ontzettende verrijking zijn.’ Zelf merk ik ook dat ik door mijn relatie uit mijn bubbel ben gekomen. Ik ben minder naïef over ongelijkheid in de wereld. Steven kan zich wel soms boos maken om de ‘witte elite’ die het altijd voor het zeggen heeft gehad. Dat begrijp ik ook wel. Gelukkig kunnen we het daar samen over hebben.

En mijn familie? Die is gelukkig blij voor ons. Voor de zekerheid vraag ik aan mijn moeder wat ze ervan vindt dat ik een donkere partner heb: ‘Je ziet natuurlijk wel dat hij bruin is,’ zegt ze. ‘Maar ik heb daar verder geen gedachtes bij, het is een lieve jongen. Ik vind het eigenlijk veel opvallender dat hij tatoeages heeft. Die hadden we nog niet in de familie’.

De naam van Emmy is op haar eigen verzoek gefingeerd

Ontvang mijn Maand Mail

Ontvang elke maand een selectie van mijn gedachtekronkels, nieuwtjes, en mijn laatste publicaties.

× Stuur me een appje